Home > Over Jeugdstem > Ervaringsverhalen > Wat doe je als het niet klikt met de hulpverlener?
Wat doe je als het niet klikt met de hulpverlener?
Tessa is 16 jaar als ze contact opneemt met Jeugdstem. Het klikt niet met de hulpverlener die bij haar thuis over de vloer komt. Kan een vertrouwenspersoon haar helpen? Ruim een jaar later deelt ze haar ervaring met ons.
Hoe kwam je terecht bij Jeugdstem?
Tessa had in korte tijd te maken met verschillende hulpverleners. Zo ook met een gezinswerker, nummer drie al. En daar klikte het absoluut niet mee. “Ik was al zo moedig geweest om te vragen om een andere gezinswerker, maar die vraag werd genegeerd en toen werd het contact awkward.” Op een gegeven moment vindt Tessa alles aan de gezinswerker vervelend en wil ze eigenlijk niet meer met haar praten. Maar ja, kan ze daar iets aan doen?
Tessa: “Toen herinnerde ik me het informatieboekje van Jeugdstem. Dat kreeg ik van de vertrouwenspersoon die ik kende van een gesloten groep. Misschien kon Jeugdstem mij niet helpen, maar ik dacht ‘ach, ik kan het altijd proberen’. Zo kwam ik op de website van van Jeugdstem. Waar ik gelijk kon chatten, heel makkelijk”. Ze heeft direct met een vertrouwenspersoon, aan wie ze vertelt wat haar dwars zit. “Die luisterde goed, en dacht met me mee, wat fijn was”, zegt Tessa.
Hoe hielp de vertrouwenspersoon je, en hoe kijk je daar op terug?
“De vertrouwenspersoon stelde voor om samen met mij een brief te schrijven met al mijn irritaties”, vertelt Tessa. “En ze hielp me met het bedenken van vragen die ik de gezinswerker wilde stellen. Ik voelde me af en toe een zeikerd, maar de vertrouwenspersoon verzekerde mij dat het juíst goed is om aan te geven wanneer je iets niet fijn vindt. Ook bij een gezinswerker.”
De vertrouwenspersoon stuurde de brief naar de gezinswerker en drie dagen later was er al een gesprek. “Ik vroeg de vertrouwenspersoon om hierbij te zijn en hoewel ik best zenuwachtig was, verliep het gesprek met de gezinswerker tegen mijn verwachting in harstikke goed. ”Tessa kan vertellen wat haar dwars zit en aangeven op welke vragen ze graag antwoord wil. De gezinswerker luistert naar de klachten van Tessa en beantwoordt haar vragen. Ze biedt zelfs haar excuses aan. Aan het einde van het gesprek worden er afspraken gemaakt, en deze worden ook op papier gezet. “Ik had het idee dat we elkaar na het gesprek beter begrepen,” zegt Tessa. “Ik ben ook opgelucht, want sinds het gesprek verloopt de communicatie met de gezinswerker veel beter”.
“Het is je recht om dingen die je dwars zitten te bespreken”
Er waren nog een paar dingen waar Tessa hulp van de vertrouwenspersoon voor wilde: “Ik vroeg haar om te helpen bij een gesprek met de jeugdbeschermer, en ondersteuning bij het schrijven van een reactie op het onderzoeksrapport van de Raad voor de Kinderbescherming. En als laatste heeft ze me ook geholpen bij het schrijven van een brief aan de rechter.”
“Ik heb geleerd van de vertrouwenspersoon dat het goed is om dingen die je dwarszitten te bespreken. Het is zelfs je recht! En dat je dit op een goede manier kan vertellen, zonder bot over te komen”, zegt Tessa. Ook vertelt ze nog wel eens terug te denken aan de tips van de vertrouwenspersoon, bijvoorbeeld over wat haar rechten zijn als jongere met jeugdhulp.
Hoe vond je het contact met de vertrouwenspersoon?
“Ik vond het prettig om met haar te kunnen praten. We konden ook met elkaar lachen en het contact was gezellig en fijn. Ik had het gevoel dat de vertrouwenspersoon mij begreep en dat ze altijd beschikbaar was voor vragen, ook via whatsapp. Doordat de vertrouwenspersoon mij op momenten ook uit haarzelf vroeg hoe het met me ging, voelde ik dat de vertrouwenspersoon betrokken was bij mij.”
Wat zou je andere jongeren meegeven die misschien wel tegen hetzelfde aanlopen?
“Ik was best onzeker om mijn mening te geven en om voor mezelf op te komen. Ik dacht dat het mijn schuld was dat de samenwerking met de gezinswerker niet goed ging. En dat het toch geen zin zou hebben om het te bespreken omdat ‘de gezinswerker nou eenmaal volwassen is en ik nog maar een kind’. Maar dat verschil maakt niets uit, kwam ik achter. Het is niet erg om tegen iemand te zeggen dat je ergens mee zit of dat je een probleem hebt. Het is oké om voor jezelf op te komen”.
“Soms baalde ik er wel van als ik niet kon krijgen wat ik wilde. Zo werd er besloten dat een andere Gecertificeerde Instelling en daarmee ook een andere gezinsvoogd zou komen, terwijl ik graag wilde dat het hetzelfde zou blijven. Maar daar kon ik niks aan veranderen, echt een teleurstelling. Ik begrijp jongeren wel die tegen een vertrouwenspersoon zeggen: ‘als jij dit niet voor mij kan regelen, wat heb ik dan eigenlijk aan je’? Toch zou ik dan willen zeggen dat het goed is dat je het tenminste geprobeerd hebt. Dat is altijd nog beter dan niet eens een poging wagen. Want dan gebeurt er al helemaal niets. Je hebt wél je stem laten horen.”
*Om privacy-redenen worden de echte naam van Tessa, de instelling en de naam van de vertrouwenspersoon niet genoemd. De gebruikte foto is ter illustratie.
Veelgestelde vragen
Als je te maken hebt met jeugdzorg kun je een klacht indienen. Kinderen en jongeren kunnen een klacht indienen, maar ouders en pleegouders ook. Dit kan bijvoorbeeld wanneer je niet tevreden bent over de hulpverlening of over een professional. Denk bijvoorbeeld aan een besluit over hoe een professional met je omgaat. Je hebt dan altijd het recht om een klacht in te dienen. Dit noem je het klachtrecht. Denk bijvoorbeeld aan een besluit over hoe een professional met je omgaat. Je hebt dan altijd het recht om een klacht in te dienen.
Heb je een klacht over jeugdzorg of over een jeugdhulpaanbieder? Bijvoorbeeld omdat je het niet eens bent met beslissingen? Stuur dan je klacht naar de klachtencommissie van de jeugdhulpinstelling. Op de website van de jeugdhulpinstelling staat vaak uitgelegd in een klachtenregelen hoe je een klacht kunt indienen. Je kunt hier ook naar vragen bij de instelling zelf.
Elke jeugdhulpinstelling heeft een klachtencommissie. Zij beoordelen klachten en kunnen daar een uitspraak over doen. Je stuurt de klacht naar de klachtencommissie van de jeugdhulpinstelling. Een vertrouwenspersoon kan je hierbij helpen.
Een vertrouwenspersoon kan informatie geven over hoe de jeugdzorg in elkaar zit, wat je kunt verwachten, wat je rechten zijn, hoe je een gesprek op gang kunt brengen als iets je dwarszit, en hoe je een klacht kunt indienen. We kunnen je:
- Uitleg geven over je rechten en plichten als (pleeg)ouder
- Helpen met een klachtbrief of e-mail schrijven
- Ondersteunen bij een klachtgesprek
Lees hier meer over wat wij voor je kunnen doen.
In de klachtenregeling van een jeugdhulpinstelling staat vaak uitgelegd wat een klachtencommissie doet. Informatie hierover staat meestal op de website van de instelling. Je kunt deze ook altijd opvragen bij de professional. Bij de meeste organisaties gaat het er zo aan toe:
- Je dient de klacht in via een brief of e-mail. Of via het klachtenformulier van de organisatie. Je kunt een vertrouwenspersoon van Jeugdstem vragen om hierbij te helpen.
- Je krijgt bericht als je klacht is ontvangen. Soms vraagt de klachtencommissie om meer informatie.
- De commissie vertelt aan de organisatie of instelling waarover je klacht gaat.
- De organisatie schrijft een reactie op jouw klacht. Deze reactie heet een verweerschrift. De commissie stuurt dit verweerschrift naar jou.
- Jij mag schriftelijk of mondeling toelichting geven. Dat mag de organisatie ook. De mondelinge toelichting is in een hoorzitting. Een vertrouwenspersoon van Jeugdstem kan mee gaan naar een gesprek.
- Bij een hoorzitting stelt de commissie vragen aan jou en aan de medewerkers van de organisatie.
- De klachtencommissie beslist of een klacht terecht (gegrond) of niet terecht (ongegrond) is en legt uit waarom. Deze uitspraak stuurt de commissie naar jou en de organisatie.
- De klachtencommissie stuurt deze uitspraak voor een afgesproken datum. Lukt het ze niet om de uitspraak te sturen voor die datum? Dan laten ze je weten wanneer je de uitspraak wel krijgt.
- De klachtencommissie informeert alle partijen schriftelijk en binnen de vastgestelde termijn. Wordt de termijn niet gehaald? Dan worden alle partijen geïnformeerd over een nieuwe termijn.
Je kunt altijd hulp vragen voordat je naar een klachtencommissie gaat. Neem contact met ons op.
Als je een klacht instuurt, zal een klachtencommissie eerst beoordelen of de klacht ontvankelijk is. Dit betekent dat zij kijken of ze de klacht in behandeling kunnen nemen. Als de klacht in behandeling wordt genomen, zal de commissie vragen of je de klacht duidelijk wilt omschrijven. Ze doen dan een onderzoek naar de klacht. Het kan ook zijn dat er een hoorzitting zal plaatsvinden. Jij en iemand van de organisatie gaan dan in overleg met de commissie. Een klacht gegrond houdt in dat jij gelijk krijgt, als de klacht ongegrond wordt verklaard, betekent dit dat jij geen gelijk krijgt.
Als je vindt dat je niet eerlijk behandeld bent, dan kun je een klacht indienen. Alle jongeren die in een instelling voor jeugdhulp verblijven, hebben het recht om te klagen over hun behandeling, welke leeftijd je ook hebt. Als je een klacht hebt, kun je het volgende doen. Je kunt eerst je klachten bespreken met je mentor of een andere hulpverlener. Een gesprek is vaak al voldoende om een probleem op te lossen. Kom je er samen niet uit? Dan kan de hulpverlener je vertellen wat je met je klacht kunt doen. Ook kan je de vertrouwenspersoon vragen om advies of ondersteuning.
Nee. Je mag over elk onderwerp met de vertrouwenspersoon praten. Je mag vertellen wat je vandaag hebt meegemaakt op school, je mag je zorgen over iets met de vertrouwenspersoon delen, je mag vertellen waar je verdrietig of boos over bent, of als je iets anders kwijt wilt. De vertrouwenspersoon zal altijd naar je luisteren. Wel is het zo dat de vertrouwenspersoon er speciaal is voor zaken die met jeugdhulp te maken hebben. Vragen, problemen of klachten met en over de jeugdzorg, daar kan de vertrouwenspersoon je verder mee helpen!